Goede voornemens? Rond de jaarwisseling het ultieme moment om ze te hebben, maar tegen deze tijd van het jaar zijn ze al snel weer vergeten, of hebben ze je tot frustratie gedreven. Volgens mij nemen ouders, bewust of onbewust, zich iedere dag voor om ‘het’ goed te doen voor hun kinderen. Wat ‘het’ is, kan veel betekenen, van een dak boven het hoofd tot gezelligheid; van de soort school tot aan de soort sport; kortom: van basis tot luxe. Maar hoe gaat dat, als ouders uit elkaar gaan?
Alle ouders die ik ben tegengekomen, laten mij altijd weten dat zij het beste voor de kinderen wensen. Maar bij een scheiding is jammer genoeg de uitwerking daarvan bij de ene ouder nog wel eens in strijd met die van de andere ouder.
Ik was aangenaam getroffen toen van de week in mijn mediation-praktijk een stel zich meldde voor het opstellen van een echtscheidingsconvenant, met de mededeling dat zij zelf al een ouderschapsplan hadden opgesteld en ondertekend. Uit hun hele verhaal bleek dat, hoe verdrietig ook, de relatie niet langer het beste in elkaar boven bracht, maar dat zij elkaar als ouders nog wel respecteren.
Hoe anders dan het stel dat slechts uren daarvoor bij mij was. In de mediation spraken beide ouders telkens over ‘mijn’ kind, in plaats van over ‘ons’ kind. Beiden willen op hun eigen wijze ‘het beste’ voor hun kind, maar samenwerken met de andere ouder staat op gespannen voet met wat zij als het beste zien. En zo maken zij het kind tot speelbal van hun uiteenlopende visies op wat het beste zal zijn.
Als mediator én als mens zou ik aan alle ouders willen vragen, juist wanneer het moeilijk is: breng respect op voor de andere ouder. Al was het maar voor het welzijn van jullie kinderen. De genen van jullie kinderen zijn immers samengesteld voor de helft uit die van jou, en voor de andere helft uit die van de andere ouder. Op het moment dat je slecht spreekt over de andere ouder, spreek je dus slecht over de helft van jullie kind. En dat strookt toch niet met ‘het beste’ voor de kinderen? Een praktijkvoorbeeld van hoe het niet moet: ‘Je vader / moeder is niet te vertrouwen!’ En dan kort daarop zeggen: ‘Wat lijk je toch op je vader / moeder’.
Laten we ons dus dagelijks voornemen om beter met elkaar te communiceren. Dat hoeft niet suikerzoet te zijn, maar in ieder geval respectvol. Want de gebroken droom van een relatie die je bent aangegaan, hoeft niet te eindigen in verbittering die aan jezelf vreet. Hoe zou ons leven eruitzien als we kunnen terugkijken op de relatie die is geëindigd en kunnen blijven waarderen wat het aan positiefs heeft gebracht, in plaats van te rouwen om datgene wat het je níet heeft gebracht? En als de relatie jullie kinderen heeft gebracht, dan wil je toch dat dat gevierd kan blijven worden in plaats van betreurd?
– Kitty Duell –
Reageer op dit artikel