Tegenwoordig kiezen steeds meer (voormalig) borstkankerpatiënten voor een borstreconstructie. Deze kan na een amputatie of een borstsparende operatie plaatsvinden.
Het team plastisch chirurgen van het HagaZiekenhuis is al heel lang thuis in alle reconstructieve technieken, inclusief de DIEP-lap: een reconstructie waarbij het eigen huid- en vetweefsel van de buik wordt gebruikt om de nieuwe borst te vormen.
Plastisch chirurg Marjorie Braam van het HagaZiekenhuis heeft al honderden DIEP-operaties gedaan. ‘Ik ben heel erg van het gebruik van eigen weefsel’, zegt ze stellig. ‘Dat kan gaan om het huid- en vetweefsel van de buik, maar ook van andere plaatsen van het lichaam, zoals de billen of bovenbenen. Gebruik van eigen weefsel geeft het meest natuurlijke resultaat en dit weefsel verandert daarna ook met de patiënt mee, bijvoorbeeld bij gewichtsschommelingen. Een prothese voelt vaak harder en onnatuurlijker aan en moet meestal na tien tot vijftien jaar worden vervangen. Onze stelregel is dat patiënten moeten kunnen rekenen op kwaliteit en innovatie. Was vroeger een prothese de standaard, nu is de DIEP-lap de belangrijkste methode van reconstructie. Daarbij komt dat wij ook al langere tijd combinaties van behandelingen doen. Zo transplanteren we met behulp van lipofilling soms ook vetweefsel na bestraling of borstsparende ingrepen. Lipofilling herstelt de vorm van de borst en kan hinderlijke bijeffecten van de bestraling verminderen.’
Na een amputatie
De DIEP-lap kan worden toegepast na zowel een borstsparende operatie als na een amputatie. De behandeltechniek wordt ook toegepast bij vrouwen die al jaren geleden een amputatie hebben ondergaan. ‘In dat geval kunnen we de huid oprekken met een ballonnetje. Na het verwijderen van dit ballonnetje kunnen we het eigen weefsel transplanteren’, vertelt Marjorie. ‘Maar het is tegenwoordig ook mogelijk om direct na de amputatie een reconstructie van de borst te doen. In dat geval werkt ons team samen met de chirurg die de amputatie doet.’
Na een borstsparende operatie
Ook na een borstsparende operatie kan eigen weefsel getransplanteerd worden naar de plek waar de tumor zat, zodat er geen kuil in de borst ontstaat. Marjorie: ‘Wij zoeken daarbij altijd de voor de patiënt meest geschikte techniek: fat grafting (opvullen met lichaamseigen vet), DIEP-lap, een prothese of een combinatie hiervan. Het spreekt voor zich dat goede voorlichting essentieel is bij deze reconstructies. Patiënten zien behalve de chirurg dan ook een gespecialiseerde verpleegkundige voor extra informatie.’
Resultaat
Het overwegen van een borstreconstructie is dan ook zeker de moeite waard. ‘Of een patiënt nu voor een prothese kiest of voor een reconstructie met eigen weefsel: vrijwel alle vrouwen die voor een borstreconstructie kiezen, zijn uiteindelijk dolblij met het resultaat’, zegt Marjorie. ‘Vaak hebben ze wel even wat tijd nodig totdat zij het gevoel hebben dat hun nieuwe borst weer van henzelf is. Maar uiteindelijk is de reconstructie heel goed voor hun zelfbeeld.’
Vijftien jaar geleden heb ik borst implantaties gedaan, nu zou ik ze graag willen vervangen door Dieplap. Nu vraag ik mij af of ik genoeg vetcellen heb om deze methode toe te passen.
Beantwoorden →Groetjes Diana
Graag zou ik willen vernemen wat de wachttijd voor een dieplap operatie is. Ik ben vorig jaar februari aan borstkanker geopereerd in het LUMC. Daar is een tisseu expander geplaatst. Ben op de wachtlijst gezet in april 2019 voor een dieplap operatie. De wachttijd hier is nu 2 jaar. Dat vind ik veel te lang, dus ben ik opzoek naar een ander ziekenhuis. Vr.gr. marian
Beantwoorden →Goedemorgen,
Beantwoorden →Vraagje hoe lang is de wachttijd voor een diepflap bij jullie.
Groetjes Ineke van Blotenburg
in reactie op Ineke van Blotenburg
Hoe lang de wachttijd is voor deze specifieke ingreep heb ik nagevraagd bij de afdeling van Marjorie Braam. Zodra ik antwoord heb zal ik het hier plaatsen.
Beantwoorden →in reactie op Lesley van der Klaauw
Beste mevrouw Van Blotenburg,
Beantwoorden →De wachttijd is momenteel ongeveer een jaar.
U kunt contact opnemen met de afdeling van Marjorie Braam via telefoonnummer (070) 210 7737.